Misty, Sien van de Boemelaar, Een Helige Birmaan (schijnheilig birmaantje)
Dit is echt een wolfje in schaapskleren, vreselijk lief tegen iedereen en laat alles met zich doen! Het is echt een knuffel prinsesje voor mensen, maar tegen andere katten is ze een beetje bitchy!
De laatste tijd heeft ze een nieuw vriendje... mijn broertje Patrick, ze woont min of meer bij hem op de kamer. Tijden veranderen, ze snurkt nu naast mij in bed en achtervolgt me continu, erg schattig!
De Heilige Birmaan heeft op het gezicht, de oren, de poten, de geslachtsdelen en de staart dezelfde point-aftekening als bijvoorbeeld de Siamees, de voeten zijn echter wit. De rest van de vacht is licht, de rug goudbeige bij alle variëteiten. De Birmaan heeft een halflangharige vacht.Op dit moment zijn er verschillende erkende kleuren: Sealpoint Donkere sealbruine (zwartbruine) aftekening op de points en het neusleertje. Bluepoint (verdunning van seal) Blauw-grijze aftekening op de points en het neusleertje. Chocolatepoint Melk-chocolade bruine aftekening op de points en neusleertje. Lilacpoint (verdunning van chocolate) Lavendel-roze aftekening op de points en het neusleertje. Redpoint Rood tot-warm oranje aftekening op de points , roze neus. Creampoint (verdunning van red) Pastel crème kleurige aftekening op de points, roze neus. ....tabbypoint Het masker vertoond duidelijk strepen, vooral rond de ogen en de neus.
Achterop de oren is een uimafdruk te zien. Op de poten verschillende maten van gebroken strepen, effen gekleurd op de onderkant van de voeten. De staart is geringd, eindigend in de gecombineerde kleur. Het neusleertje is roze. (Kan gecombineerd worden met alle kleuren, met seal geeft dit sealtabbypoint.) ...tortiepoint I.v.m. chromosoom aanhankelijk gen voor rood komt dit alleen bij poezen voor. Rood gecombineerd met en van de hiervoor genoemde kleuren aftekening op de points. Het neusleertje is roze of eventueel gecombineerd met de andere kleur. De F.I.Fé Standaard heeft voor alle katten van alle rassen een omschrijving gemaakt.
Deze omschrijving geldt meer ls de standaard voor dat bepaalde ras. Voor de Heilige Birmaan geldt ook een standaard. Deze standaard beschrijft de perfecte Heilige Birmaan. Die Heilige Birmaan bestaat echter niet en is voor de fokker enkel een ideaalbeeld om naar te streven. Lichaam Medium tot lang. Sterke korte poten, afgeronde voeten. Kop Zware schedel. Volle, ietwat ronde wangen. Voorhoofd is iets gerond. Neus van medium lengte en zonder top maar met een klein deukje. Sterke kin. Oren Nogal klein, afgeronde punten. Iets naar voren geplaatst en niet te recht op de schedel met een goede reedte ertussen. Kleur De Birmaan is typisch gekleurd zoals alle andere pointkatten, maar alle vier de voeten zijn wit. De gekleurde delen bevat het gezicht, de oren, staart, poten en de geslachtsdelen. De points zijn gelijk en in goed contrast met de lichaamskleur. De rest van het lichaam en de buik zijn bleek eierschaal-kleurig in alle variëteiten. Handschoenen Het speciale aan de Heilige Birmaan zijn de witte voeten (handschoenen). Deze handschoenen moeten puur wit zijn en mogen niet over het gewricht heenkomen. Op de achterkant van de achterpoten eindigen de sporen in een "V" die 1/2 of 3/4 tot de hak loopt, iets lager of hoger is ook toegestaan. Iets hoger wit op de achterpoten dan op de voorpoten is toegestaan. Staart Is van medium lengte, een pluimHet fokken van Heilige Birmanen is niet eenvoudig. De teer-beige kleur (golden) van de vacht op de rug krijgt men pas bij volle wasdom, en dan slechts zelden te zien. Meestal blijft dit beperkt tot dieren van 1 à 2 jaar oud. Naar mate ze ouder worden, wordt bij de meeste katten de teer-beige kleur te bruin en te donker. Het wit op de poten van de Heilige Birmaan is recessief. De kleur op de poten verdwijnt onmiddellijk zodra de Heilige Birmaan gepaard wordt met andere huiskatten, Perzen (zonder wit) of Siamezen. Juist op grond van het feit dat het wit op de poten recessief is, heeft een paring van twee bekroonde, ideale Heilige Birmanenpartners, die dan meestal heel korte "handschoenen" hebben, niet altijd succes. Het is dan ook heel erg moeilijk om een Birmaan te fokken die de perfekte witte handschoenen heeft.In het algemeen zijn Birmanen geen uitgesproken schootkatten, wel hebben zij graag contact met mensen. Dat tonen zij door geregeld een poosje tegen hun baasje aan te gaan liggen en soms ook op schoot. Ook dagen ze hun baas graag uit tot een spelletje. Zowel poezen als katers kunnen, als zij daar zin in hebben, heel goed apporteren. Mits op jonge leeftijd daaraan gewend, zijn ze heel lief en verdraagzaam tegen kinderen. Heilige Birmanen zijn beroemd om hun zachte karakter, maar hebben ze iets in hun kop, dan zijn ze volhardender en eigengereider dan menig andere kat. Dan helpt geen enkele afleidingsmanoeuvre. Ze zijn intelligent, levendig en actief en kunnen slecht tegen hele dagen alleen zijn. In feite kan een Birmaan met verschillende dieren goed opschieten, waarbij u er wel rekening mee moet houden dat hij licht overheersend is ten opzicht van andere dieren. Omdat een Heilige Birmaan zeer intelligent is, zal hij snel in de gaten hebben wanneer u niet stevig in uw schoenen staat en dan zal hij u zo om, zijn witte sokjes winden. Poezen zijn in het algemeen goede moeders en ook katers zijn doorgaans heel lief voor kittens. Sommige vaders geven, als de moeder de kater kent en vertrouwd, hun kinderen een 'schone broek' als dat nodig is.
de mooiste dierlegenden houdt verband met het ontstaan van de Heilige Birmaan. De Boeddhistische monnik Yotag Rooh-Ougji vertelde het volgende verhaal: Eeuwen geleden woonden er in het mysterieuze Tibet groepen Kittah priesters die de god Song-Hyo en de godin Tsun Kyan-Kse aanbaden. Om dit in alle rust te kunnen doen en om hun goden te vereren bouwden ze prachtige tempels met bladgoud bedekt en omringd door hoge muren. Deze hoge muren dienden tevens ter bescherming van de in elke tempel aanwezige honderd witte katten. Deze katten speelden een belangrijke rol in de godsdienst van de Kittah's: de priesters die zo puur waren dat hun ziel op aarde niet kon worden gemist lieten na hun dood hun ziel overgaan in zo'n witte kat. Zijn haar was sneeuwwit en de God Song Hio zelf had zijn goudkleurige baard gevlochten. Zijn leven was totaal gewijd aan de godin met de saffierblauwe ogen, Tsun-Kyan-Kzé, de godin van de zielsverhuizing. Zij was de grote middelares, die ervoor zorgde dat de Kittah-monniken na hun dood opnieuw, in een gewijd dier, tot leven kwamen. De wijze Mun Ha had een kater, Sinh, die voor hem als orakel diende, Sinh was zuiver wit, zijn ogen waren geel. Oren, neus, staart en poten hadden de kleur van de aarde, een teken voor de onreinheid van alles dat met deaardbodem in aanraking komt. Op een kwade nacht werd de tempel overvallen door een bende moordzuchtige Phoums uit Siam en werd Mun-Ho vermoord terwijl hij in standvastige aanbidding voor het beeld van de godin geknield zat. Tot op het laatste moment keek hij in de saffieren ogen van de godin en toen gebeurde het wonder van de zielsverhuizing: de wijze Mun Ha stierf, omgeven door zijn katten en de angstige Kittah-monniken. Op dat moment van vertwijfeling geschiedde het wonder van de zielsverhuizing: Sinh sprong op de gouden troon van de dode abt en zette zijn poten op het hoofd van zijn heer om in diens plaats de aanbidding van de godin voort te zetten. Plotseling nam het haar van het dier een gouden kleur aan en werden zijn ogen diepblauw, als het saffierblauw van de ogen van Tsun-Kyan-Kzé. Slechts daar waar zijn poten het hoofd van zijn meester raakten bleef de vacht zuiver wit. Eénmaal draaide Sinh zijn kop om in de richting van de grote toegangspoort van de tempel. De Kittah's volgden zijn blik en slaagden erin de zware bronzen toegangsdeur van de tempel te sluiten voordat de barbaren de tempel konden ontwijden. Zeven dagen lang bleef Sinh in de ogen van de godin kijken en at of dronk niet. Na zeven dagen overleed Sinh en nam hij de ziel van Mun-Ha mee naar Tsun Kyan-Kse. Sinh nam de ziel van Mun Ha met zich mee en bracht deze naar de godin Tsun-Kyan-Kzé. Mun Ha hoefde op deze aarde niet meer in een andere gestalte te leven... hij was volmaakt. Toen de monniken zich verzamelden om de opvolger van Mun Ha te kiezen, kwamen alle katten van het klooster toegelopen. Ze hadden allemaal dezelfde gedaantewisseling ondergaan als Sinh. Allemaal hadden ze een goudkleurige vacht, blauwe ogen en, ten teken van reinheid, witte poten. Zonder één geluid schaarden ze zich om de jongste monnik heen. De in deze katten belichaamde gestorven Kittah-priesters hadden op deze manier een opvolger aangewezen. Steeds wanneer er een heilige kat in het klooster Lao Tsun sterft, wordt de ziel van een monnik bevrijd om zijn intrek te kunnen nemen in het paradijs.
Zo ontstond volgens de legende de Heilige Birmaan: met de ogen van een godin; met een gouden glans die van zowel de godin als van zijn meester kwam en met donkerbruin als symbool voor de onreinheid van de aarde, de laffe moord op het reine maar met witte voeten als symbool van de zuiverheid van de ziel.